DRAAIBOEK  BASISCURSUS SCHEMATHERAPIE

 

Algemeen

Docent

Mevr. Marjan Schreurs, Psychotherapeut/GZ-psycholoog, supervisor en leertherapeut VGCt en Register Schematherapie

Doelgroep : hulpververleners die werken met patiënten met persoonlijkheidsstoornissen of hardnekkige angst- en/of 

                      stemmingsstoornissen

Vereiste vooropleiding : 

  1. BIG-registratie als GZ-psycholoog, psychotherapeut, klinisch psycholoog of psychiater, dan wel in opleiding zijnde daartoe;
  2. gewoon lidmaatschap van een specialistische psychotherapievereniging, dan wel in opleiding zijnde daartoe;
  3. de NVO orthopedagoog-generalist en de postmaster orthopedagoog-generalist SKJ, dan wel in opleiding zijnde daartoe;
  4. gewoon lidmaatschap van een Vlaamse psychotherapievereniging waarvan het lidmaatschap automatisch recht geeft op het gewoon lidmaatschap van een specialistische psychotherapievereniging, dan wel in opleiding zijnde daarvoor;
  5. registratie als vaktherapeut in het Register Vaktherapeutische Beroepen.
  6. enige kennis en vaardigheden van cognitieve gedragstherapie 

Per cursusgroep mag een beperkt aantal overige hbo’ers en masterpsychologen (niet in opleiding tot GZ-psycholoog of psychotherapeut) deelnemen. Voorwaarden daarvoor is dat:

  1. zij in hun werksituatie samenwerken met BIG-geregistreerde schematherapeuten, die als senior of supervisor zijn ingeschreven in het Register schematherapeut supervisie en intervisie georganiseerd zijn;
  2. zij wat betreft klinische vaardigheden een niveau hebben in het werken met persoonlijkheidsstoornissen en ernstige As I stoornissen, dat voldoende is om de cursus met succes te kunnen volgen.

De hoofddocent beoordeelt vóór de cursus of de hbo’er of masterpsycholoog voldoet aan deze voorwaarden.

Literatuur 

Verplichte literatuur

  1. E. Young, J.S. Klosko, M.E. Weishaar : Schemagerichte  therapie,  Handboek voor  therapeuten;  Bohn Stafleu van Lochum,  2005  (uitgave 2019 is ongewijzigd)
  2. Arntz & G. Jacob : Schematherapie,  een  praktische handleiding; 

Uitgeverij  Nieuwezijds,  2012

 Literatuur in cursusmateriaal/artikelen  wordt door de docent aangeleverd 

Contacturen en werkuren :

De cursus omvat 50 contacturen ; deze zijn te verdelen in 25 uur basiscursus en 25 uur vervolgcursus.

Ter  voorbereiding  ± 100 blz. literatuur per cursusdag en het uitvoeren van praktische opdrachten.

 

P r o g r a m m a 

1e bijeenkomst: Inleiding Schematherapie

Theorie, diagnostiek en casusconceptualisatie

  • theoriemodel schematherapie, schema’s en modi
  • basisbehoeften en (disfunctionele) copingstrategieeen
  • herkennen en opsporen van schema’s

Diagnostiek: indicatiestelling en casusconceptualisatie

  • oefening casusconceptualisatie

Intake binnen de ST

  • onderdelen intake
  • uitleg ST en bespreken vragenlijsten

Behandelplan

  • opstellen behandeldoelen

 

2e bijeenkomst: de therapeutische relatie en ST interventies 

De Therapeutische Relatie in Schematherapie

  • bieden van zorg
  • empathische confrontatie
  • grenzen stellen

Hanteren van de schema’s van therapeut

 

3e bijeenkomst: Schematherapie en cognitieve gedragstechnieken

CGT-technieken in schematherapie

  • neerwaartse pijl
  • gedragsexperimenten
  • historische rollenspel

 

4e bijeenkomst: Schematherapie  en experiëntiële technieken

modusmodel

  • leren werken met het modusmodel

Experiëntiële technieken

  • imaginaties
  • (meer) stoelen technieken


Afsluitende Toets:  casusconceptualisatie over een patiënt of van jezelf 

(toets kent 1 herkansingsmogelijkheid) 

 

De gehanteerde werkvormen zijn : bestuderen van de literatuur, demonstraties door docent en video en in de (sub)groep zelf oefenen.